Retourner à l'exercice
Exercice "Imparfait - règles d'orthographe", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 376 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 63.5% (12.7 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : jpr / BELGIQUE, le dimanche 07 mai à 09:25:
"❤️"
29.3% ont eu moins de la moyenne.
70.7% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 376 candidats
Question 1 réussie à 67.6 %
Tijdens de zomer (spelen) * veel kinderen met zand op zee.
Question 2 réussie à 68.1 %
Vroeger (reizen) * mijn hond altijd met mij, maar nu is hij te oud.
Question 3 réussie à 76.1 %
Gisteren (bellen) * mijn vriendin mij om een wandeling te maken.
Question 4 réussie à 63.8 %
De dief (verzetten) * zich niet tegen zijn arrestatie.`
Question 5 réussie à 58.5 %
De boekhouder (protesteren) * tegen de wissel.
Question 6 réussie à 63.8 %
Verleden week (halen) * ik mijn rijbewijs.
Question 7 réussie à 63.3 %
We (pakken) * al gisteren, zo konden we vroeg vertrekken.
Question 8 réussie à 52.7 %
De jongen (stellen) * zijn vader diep teleur, maar nu niet meer.
Question 9 réussie à 44.4 %
Deze oude wet (benadelen) * werkende vrouwen.
Question 10 réussie à 54.3 %
De vorige directeur (grieven) * altijd zijn bedienden.
Retourner à l'exercice : Imparfait - règles d'orthographe
Autres exercices pour apprendre le néerlandais