Retourner à l'exercice
Exercice "Adverbes pronominaux", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 1 625 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 48% (9.6 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : gwendoline1 / FRANCE, le mardi 08 octobre à 17:43:
"dank u!!!"
50.5% ont eu moins de la moyenne.
49.5% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 1623 candidats
Question 1 réussie à 68.8 %
Kijk de nieuwe pen * ik schrijf, zegt Peter tegen Jan.
Question 2 réussie à 48.2 %
De tram * ik stond te wachten was te laat.
Question 3 réussie à 34.1 %
De tafel * de kat slaapt staat in de tuin.
Question 4 réussie à 40.6 %
Daar komt de bus * Els elke dag naar de Universiteit rijdt.
Question 5 réussie à 39.2 %
De zomer is het seizoen * de mensen met vakantie gaan.
Question 6 réussie à 30.4 %
Het huis * de ruiten gebroken zijn staat te koop.
Question 7 réussie à 53.4 %
Is Brussel een stad * het zeer aangenaam te wonen is ?
Question 8 réussie à 53.7 %
Mijn zusje lijkt veel op de hond * ze vanmorgen heeft gespeeld.
Question 9 réussie à 59.8 %
Na een operatie heb je soms een looprekje nodig * je je kan vasthouden.
Question 10 réussie à 36.8 %
De kaart * alleen de grote steden staan is niet volledig voor mijn huiswerk.
Retourner à l'exercice : Adverbes pronominaux
Autres exercices pour apprendre le néerlandais