Retourner à l'exercice
Exercice "Nom - diminutifs", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 165 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 69% (13.8 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : jpr / BELGIQUE, le mardi 03 mai à 12:25:
"Ouf, ça va mieux !"
23.6% ont eu moins de la moyenne.
76.3% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 110 candidats
Question 1 réussie à 75.5 %
Hij had zijn (nicht)* pas twee keer ontmoet.
Question 2 réussie à 75.5 %
Het gezicht zou zelfs aantrekkelijk geweest kunnen zijn als het maar een (grein)* levendigheid gehad had.
Question 3 réussie à 60 %
Dat is geen zaak om er (grappen)* over te maken.
Question 4 réussie à 74.5 %
Hij heeft een (zak)* meegenomen.
Question 5 réussie à 64.5 %
Hij vroeg me ook een paar (werken) * te doen.
Question 6 réussie à 74.5 %
Hij ging aan een (tafel)* zitten.
Question 7 réussie à 77.3 %
In de loop van de tijd heeft iedereen zijn (steen)* bijgedragen.
Question 8 réussie à 79.1 %
Karel wil zijn eigen (kamer)* hebben.
Question 9 réussie à 76.4 %
Op zaterdag is het erg druk in ons (dorp)*.
Question 10 réussie à 63.6 %
Cindy wil altijd nieuwe (rokken)* kopen.
Retourner à l'exercice : Nom - diminutifs
Autres exercices pour apprendre le néerlandais
