Retourner à l'exercice
Exercice "Pronoms relatifs", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 648 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 49.5% (9.9 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : jpr / BELGIQUE, le mardi 03 janvier à 10:36:
"O.K."
47.4% ont eu moins de la moyenne.
52.6% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 543 candidats
Question 1 réussie à 54.1 %
Ze vervolgde met een stem * somber en onzeker klonk.
Question 2 réussie à 75.3 %
Soms voel ik me net een kind * met zijn vriendjes een ontdekkingsreis maakt.
Question 3 réussie à 51.6 %
Ze heeft kennisgemaakt met de voornaamste familie * in dit dorpje woont.
Question 4 réussie à 61.1 %
De kinderen * nog niet kunnen zwemmen spelen in het ondiepe bad.
Question 5 réussie à 34.3 %
Hij moet altijd precies zeggen * hij zijn zakgeld uitgeeft.
Question 6 réussie à 30.4 %
Op de radio werd verkondigd * er wereldkampioen was geworden.
Question 7 réussie à 53.4 %
Ik heb een vriend * diep ongelukkig is.
Question 8 réussie à 40.9 %
Lea * verliefd is op Paul, kan het niet verbergen.
Question 9 réussie à 42.9 %
Peter * schaakkampioen werd, was gelukkig.
Question 10 réussie à 38.7 %
Is dit je werk * je zo trots bent ?
Retourner à l'exercice : Pronoms relatifs
Autres exercices pour apprendre le néerlandais