Retourner à l'exercice
Exercice "Métiers (les)", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 975 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 56% (11.2 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : gwendoline1 / FRANCE, le samedi 21 avril à 15:48:
"dank u!!"
42.3% ont eu moins de la moyenne.
57.6% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 869 candidats
Question 1 réussie à 60.4 %
Winkelier die vlees verkoopt. *
Question 2 réussie à 63.5 %
Iemand die les geeft op een basisschool of in het voortgezet onderwijs. *
Question 3 réussie à 56.4 %
Iemand die voor zijn beroep schoenen, laarzen en vaak ook tassen repareert. *
Question 4 réussie à 39.5 %
Winkelier die artikelen verkoopt die met lichaamsverzorging te maken hebben zoals zeep, make-up enz. *
Question 5 réussie à 37.2 %
Iemand die ervoor gestudeerd heeft om je te helpen als je ziek of gewond bent. *
Question 6 réussie à 29.5 %
Winkelier die levensmiddelen verkoopt. *
Question 7 réussie à 56.8 %
Iemand die katten, honden, enz...verzorgt. *
Question 8 réussie à 50.3 %
Een vrouw die op baby's en kleine kinderen past in haar eigen huis. *
Question 9 réussie à 42 %
Iemand die op papier de inkomsten en uitgaven van een bedrijf bijhoudt. *
Question 10 réussie à 94.5 %
Iemand die brood, koekjes, enz. bakt en verkoopt. *
Retourner à l'exercice : Métiers (les)
Autres exercices pour apprendre le néerlandais